De situatie in uw mond is veranderd
U heeft de (oude) prothese nu ongeveer tien tot veertien dagen niet mogen dragen. U wacht op een nieuwe prothese. Tot die tijd passen we uw huidige prothese aan met een zachte onderlaag.
Wat is de aanpassing?
De tandarts slijpt de prothese wat uit om ruimte te maken voor de implantaten of botverhoging. Hierdoor worden deze zo min mogelijk belast. Vervolgens brengt hij een zachte onderlaag in de prothese aan. Deze onderlaag vormt zich naar de kaak en blijft enigszins elastisch.
Hoe gaat u om met de aangepaste prothese?
Dagelijks gebruik:
- Laat de prothese elke dag ongeveer vier uur in de mond. Daardoor kan de onderlaag goed hard worden.
- Heeft u misschien wat last van scherpe randjes en/of oneffenheden, dan mag u deze gerust met een klein schaartje of nagelvijltje weghalen.
- U mag geen mint-producten (bijvoorbeeld pepermuntjes) gebruiken als u de prothese draagt. Mint verhardt de zachte onderlaag.
- U dient met de prothese om te gaan als met een noodprothese.
- Doe de prothese uit met eten, vooral de eerste maand.
- Na een maand kunt u voorzichtig beginnen met het eten van zachte dingen.
- Laat de prothese thuis zoveel mogelijk uit; gun de kaak rust.
Onderhoud van de prothese:
- Spoel de prothese met lauw water af onder de kraan.
- U mag NOOIT de zachte onderlaag borstelen.
- De tanden mag u wel borstelen om de aanslag weg te halen.
- Op de momenten dat u de prothese niet draagt, legt u deze in een bakje water.
- Na verloop van tijd verkleurt de zachte onderlaag toch wat door kleurstoffen zoals koffie en wijn. Dit is niets om u ongerust over te maken.
Vragen?
Heeft u nog vragen na het lezen van deze folder? Dan kunt u contact opnemen met onze afdeling telefoonnummer [076] 595 30 42. Wij zijn bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 – 12.30 uur en van 13.30 – 17.00 uur.