Deze informatie is voor familie en naasten van patiënten op de IC van Amphia.
Wanneer iemand ondersteuning kan gebruiken bij het ademhalen, zetten we een beademingsmachine in. Deze zorgt ervoor dat diegene voldoende lucht en zuurstof krijgt, zonder dat het veel inspanning kost. Via een systeem van slangen en een buisje is hij met de beademingsmachine verbonden. Zo kan de ademhaling ondersteund worden en, wanneer dat nodig is, helemaal overgenomen worden.
Wanneer de toestand van de patiënt verbetert, gaat hij weer zelfstandig ademen. Bij ontwenning van een langdurige beademing biedt de beademingsmachine steeds minder ondersteuning en gaat iemand steeds meer zelf ademen. Wanneer hij helemaal zonder de beademingsmachine kan ademhalen, verwijderen we de tube. De eerste tijd daarna kan iemand hees zijn, doordat zijn stembanden geïrriteerd zijn.