Een slijmbeurs is een met vocht gevuld “kussentje” op de punt van de elleboog, die het bot beschermt tegen stoten en leunen op de elleboogspunt. Bursitis olecrani is een ontsteking van deze slijmbeurs. Oorzaken voor het ontstaan van een slijmbeursontsteking van de elleboog kunnen zijn: veel en lang op de elleboog leunen, een val op de elleboog, een scheur van de tricepspees, een ziekte zoals reumatoïde arthritis of jicht, een bacterie via een wond in de huid. In 30% van de gevallen wordt de slijmbeursontsteking door een bacterie veroorzaakt, die ervoor zorgt dat de slijmbeurs gevuld raakt met pus. Dit noemen we een septische bursitis. In het merendeel van de gevallen is een bacterie niet de oorzaak van de slijmbeursontsteking.
Symptomen:
De verschijnselen, die optreden bij slijmbeursontsteking zijn: pijn, roodheid, een warme zwelling aan de achterzijde van de elleboog (deze voelt aan alsof men op een ballonnetje gevuld met vocht drukt) en een verminderde beweeglijkheid van de elleboog. Indien het langdurig bestaat kan deze zwelling stug aanvoelen.
Onderzoek en diagnose:
Op basis van een vraaggesprek en het lichamelijk onderzoek kan de diagnose Bursitis olecrani over het algemeen gesteld worden. In sommige gevallen zal uw arts een röntgenfoto laten maken om te beoordelen of er zich verkalkingen in de slijmbeurs bevinden en of er sprake is van botspoor. Hiernaast kan er bloed geprikt worden om de ontstekingswaarden te bepalen.
Behandeling:
Vaak is er geen behandeling nodig bij een slijmbeursontsteking. Het is dan belangrijk om niet op de elleboog te leunen en de slijmbeurs zo rust te geven.
Operatie:
Alleen bij een infectie met een bacterie, een septische bursitis olecrani, is een operatieve behandeling nodig. Ook bij een langer bestaand slijmbeursontsteking zonder infectie wordt soms de slijmbeurs operatief verwijderd. Tijdens deze operatie wordt de slijmbeurs eruit gesneden. Zoals u zich misschien kunt voorstellen: de achterzijde van de elleboog is geen fijne plek om een wond te hebben. Indien de elleboog beweegt, krijgt de wond geen kans om te genezen en blijft de wond vaak langdurig lekken. Om deze reden krijgt u vaak 2 tot 3 weken een drukverband of soms ook gips na de operatie . Na de operatie kan de achterkant van de elleboog tot 8-12 weken dik blijven en eruit zien of de slijmbeurs nog aanwezig is. De holte waar de slijmbeurs zat, is in dat geval gevuld met wondvocht.
Complicaties:
In een zeer klein aantal gevallen ontstaan er complicaties na de operatie, zoals wondinfectie (u heeft dan ook koorts) of een nabloeding. Dit is meestal na enkele dagen merkbaar. Wanneer u denkt dat u één van deze complicaties heeft, neemt u contact op met het ziekenhuis. Doorgaans zijn deze goed te behandelen.
Adviezen voor thuis:
Hieronder leest u hoe u de eerste weken na de operatie het beste met uw geopereerde arm kunt omgaan.
- De wond kan de eerste twee dagen nog wat gevoelig zijn. Als u pijnklachten heeft, kunt u gerust paracetamol gebruiken. Lees voor gebruik eerst de bijsluiter. Neem maximaal twee tabletten van 500 mg per zes uur.
- Het is belangrijk dat het gips of verband droog blijft. U kunt douchen als u uw arm in een plastic zak steekt en deze dichtplakt met een pleister.
- Houd regelmatig uw arm hoog, om zwelling te voorkomen.
- Begin zo snel mogelijk na de ingreep met het bewegen van uw vingers om te voorkomen dat uw hand stijf wordt.
Vervolgafspraken:
U krijgt een afspraak mee voor een controle op de polikliniek Orthopedie, ongeveer twee weken na de ingreep. Dit kan op de gipskamer zijn of op het wonden spreekuur. Daarna volgt een afspraak 6-8 weken na de operatie bij de verpleegkundig specialist/physician assistant orthopedie.
Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met de assistent of uw behandelend specialist. Gelieve ons tijdens kantooruren te bellen.
Polikliniek Orthopedie:
Amphia Breda en Amphia Oosterhout T (076) 595 30 80
E: vsorthopedie@amphia.nl
(Wij streven ernaar om uw vragen binnen vier werkdagen te beantwoorden.)
Voor spoedvragen gelieve telefonisch contact te zoeken met een van de telefoonnummers, welke u meekrijgt vanuit de verpleegafdeling, zodra u ontslagen wordt uit het ziekenhuis.