Poliklinische behandeling
Inleiding
Tijdens uw bezoek aan de polikliniek urologie heeft uw uroloog met u gesproken over overactiviteit van uw blaas. Uw overactieve blaas kan behandeld worden door middel van het toedienen van botox-injecties. In deze informatiefolder is alle belangrijke informatie voor u op een rij gezet, zodat u thuis alles nog eens rustig kunt nalezen.
Wat is een overactieve blaas?
Klachten van een overactieve blaas zijn zeer gevarieerd:
- Meer dan 8 keer per dag en vaak ook ’s nachts moeten plassen.
- Plotselinge aandrang (urge) om te plassen.
- Incontinentie (onvrijwillig urineverlies).
Een overactieve blaas leidt niet per definitie tot urineverlies. Veel mensen met een overactieve blaas moeten vaak naar het toilet, maar hebben geen of weinig urineverlies. De oorzaak van een overactieve blaas is meestal onbekend. Soms treedt er een fout op in de overdracht van informatie vanuit de hersenen naar de blaas en andersom. Dit kan bijvoorbeeld door een neurologische aandoening en spreken dan van een neurogene blaas. Er zijn meerdere behandelmogelijkheden voor een overactieve blaas. Het is mogelijk dat U al bekkenbodemtherapie of medicijnen (anticholinergica) heeft gehad. Dit bood echter onvoldoende resultaat, waardoor Uw behandelend uroloog met U over Botox-injecties heeft gesproken.
Wat is Botox?
Botuline toxine is een medicinale stof die de signaaloverdracht van zenuwvezels naar spieren onderbreekt. Als Botox in een spier wordt gespoten, kan die spier geen signaal meer ontvangen en wordt die spier daardoor verlamd. Hierdoor krijg je een afname in de contractiekracht (samentrekking) van de blaasspier. Daarnaast worden waarschijnlijk ook gevoelszenuwen vanuit de blaas geblokkeerd, waardoor het gevoel van aandrang om te plassen vermindert en u minder vaak hoeft te plassen.
Na injectie van botuline in de blaasspier verdwijnen bij ongeveer 80% van de patiënten de klachten ten gevolge van de overactieve blaas. Het effect is na één tot twee weken te merken. De totale werkingsduur varieert van drie tot twaalf maanden. Als het effect is uitgewerkt, kan de behandeling herhaald worden.
Hoe wordt de Botox-injectie toegediend?
De toediening van de Botox-injecties vindt plaats op de polikliniek Urologie van Amphia. Omdat het injecteren van de Botox in de blaasspier pijnlijk kan zijn, wordt de toediening verricht onder plaatselijke verdoving. Dit is in de vorm van een vloeistof die via een katheter de blaas in wordt gebracht. Deze moet dan 15-20 minuten intrekken. De behandeling met de Botox duurt ongeveer 25 minuten. Tijdens de ingreep wordt er op 10-15 plaatsen in de blaas een hoeveelheid botuline toxine geïnjecteerd (in de blaasspier gespoten). Hiervoor gebruikt de uroloog een lange injectienaald, die door een cystoscoop (blaaskijker) op de juiste plaats wordt geprikt. Het is een poliklinische behandeling, dus u kunt na afloop direct naar huis.
Voorbereiding op de behandeling
Nadat u met de arts besloten heeft om een Botox-blaas behandeling te ondergaan, kan er meteen met u een afspraak ingepland worden. U hoeft hiervoor niet langs het Voorbereidingsplein of de opname. U krijgt een aanvraagformulier mee om één week voor de behandeling urine in te leveren. Ook krijgt u een recept mee voor één antibioticatablet. Deze tablet moet u twee uur voor de behandeling innemen. U hoeft voor de behandeling niet nuchter te zijn. Wanneer u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u dit van te voren melden aan de uroloog.
Gebruikt u bloedverdunners?
Als u bloedverdunners ( antistollingsmedicatie) gebrukt, meld dit dan aan uw behandelend arts. Hij/zij bespreekt dan met u of en wanneer u moet stoppen met deze medicijnen. In overleg met de behandelend arts zult u het gebruik van deze medicijnen geruime tijd voor de behandeling moeten stoppen. Ook krijgt u een afspraak bij de continentieverpleegkundig op de polikliniek om uitleg te krijgen over de eventuele zelfkatheterisatie, die een klein deel van de patiënten na de behandeling zal moeten toepassen.
Dag van behandeling
Op de afgesproken tijd meldt u zich bij de balie van de Polikliniek Urologie in Breda. Zorg dat u gewassen bent en schoon ondergoed draagt. Neem uw verzekeringspapieren, medicijnen en eventuele allergiegegevens mee. Op de polikliniek wordt u ontvangen door een verpleegkundige die u naar de behandelkamer brengt.
Voorbereiding op de behandeling
De verpleegkundige neemt u mee naar de behandelkamer. Hier ontdoet u zich van uw onderkleding. U neemt plaats op de behandeltafel. U ligt op uw rug met de benen in de beensteunen. Met een katheter wordt de blaas geleegd en via diezelfde katheter wordt de verdovingsvloeistof ingebracht. Deze moet 15-20 minuten intrekken.
De behandeling
Tijdens de behandeling ligt u op uw rug met Uw benen in de beensteunen. Met de blaaskijker, met daarop een camera, wordt in de blaas gekeken. Via deze kijker kan de uroloog met een lange injectienaald op 10-15 plaatsen in de blaasspier een kleine hoeveelheid Botox inspuiten. De blaas wordt tot ontplooiing gebracht door een vaste hoeveelheid vloeistof in de blaas te brengen. Deze vloeistof kan u na de behandeling weer uitplassen.
Na de behandeling
Na afloop van de behandeling, kunt u meteen naar huis.
Nazorg
De effecten van de behandeling zijn na ongeveer één tot twee weken merkbaar. De eerste dagen na de ingreep kan de urine nog wat bloederig zijn.
Complicaties na de toediening van botox-injecties
De effecten van de Botox-behandeling kunnen individueel erg verschillend zijn. Het effect kan soms wat tegenvallen. Wat ook kan voorkomen is dat de Botox zo goed werkt, dat in sommige gevallen, patiënten enige tijd niet goed kunnen plassen en daarom zichzelf enkele malen per dag moeten katheteriseren. Dit is zeldzaam en gaat vanzelf weer over, naar mate de Botox uitgewerkt raakt. Patiënten die twijfelen of ze dit zelf katheteriseren wel aankunnen of aandurven, krijgen de mogelijkheid dit te leren vóór de ingreep wordt toegepast. De uitleg wordt gegeven door de continentieverpleegkundige en zij zal u hier in begeleiden. Ook kunt u na de ingreep een blaasontsteking krijgen. Om dit te voorkomen moet u twee uur voor de behandeling de antibiotica tablet hebben ingenomen.
Contact opnemen bij complicaties
Neemt u met de polikliniek contact op in de volgende situaties:
- Bij hevig bloedverlies en het plassen van grote bloedstolsels.
- Als u plotseling niet meer kunt plassen of het gevoel heeft dat u niet goed kunt uitplassen.
- Als u enkele dagen na de operatie koorts heeft boven de 38˚C of langer dan 24 uur vanaf 38,5˚C.
Controle
U krijgt na de behandeling 2 controleafspraken mee:
- Na tien dagen komt u terug bij de continentieverpleegkundige. Zij controleert met een echoapparaat of u uw blaas goed leeg kunt plassen.
- Na drie maanden heeft u een controleafspraak bij de uroloog.
Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen via de volgende nummers:
- Polikliniek Urologie,(076) 595 10 26.
- Continentieverpleegkundige, (076) 595 10 28.
Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp via (076) 595 50 00.
Meer behandelingen voor een overactieve blaas: