6. 24/7 topklinische en complexe acute zorg
Voor acute zorg heeft Amphia drie poorten: acute verloskunde, de Eerste Harthulp (EHH) en de Spoedeisende Hulp (SEH). Deze poorten hebben zich de afgelopen jaren verder ontwikkeld en verstevigd. De komende periode ligt de nadruk vooral op het uitwerken van een geïntegreerd spoedplein, een nauwere samenwerking binnen en buiten het ziekenhuis en het terugdringen van het aantal patiënten dat zich meldt voor acute zorg, vertellen themaleiders Gerba Buunk en Stefanie van Dinther, gynaecoloog Jantien Visser en cardioloog Dolf Segers. ‘Bij de meeste patiënten die zich hier melden, is geen sprake van acute (medisch specialistische) zorg, maar van huisartsgeneeskundige (medische) spoedzorg. Daar willen we een oplossing voor uitwerken, zodat de acute zorg voldoende beschikbaar blijft.’
Terugblik
‘Binnen de acute verloskunde hebben we flink geïnvesteerd in onze samenwerking met de eerstelijns verloskundigen’, vertelt Jantien. ‘We werken sinds enkele jaren met een gezamenlijk patiëntendossier en hebben ook inzicht in elkaars capaciteit. Binnen Annature weten we elkaar te vinden en vertrouwen we volledig op elkaars expertise. Als een verloskundige aangeeft dat een patiënt vanuit thuis naar de OK moet, dan regelen we dat. Eén telefoontje is genoeg en daardoor kunnen we zwangeren sneller en beter helpen.’
Dolf: ‘De EHH is al jaren een (boven)regionale voorziening. Patiënten die met spoed hartzorg nodig hebben, bijvoorbeeld bij een infarct, kunnen 24/7 bij Amphia terecht doordat we deze zorg stevig geborgd hebben. Om steeds voldoende capaciteit beschikbaar te houden, bevorderen we de doorstroom en de uitstroom. Bijvoorbeeld door de laatste onderzoeken en registraties vlot af te handelen. Patiënten die naar huis mogen, kunnen daardoor vóór 11.00 uur vertrekken, zodat hun bedden beschikbaar komen voor nieuwe patiënten die in de loop van de dag binnenkomen. Dat werkt: we hebben de afgelopen maanden geen volmeldingen meer gehad.’
‘De SEH heeft geïnvesteerd in de kwaliteit van de zorg en de personele inzet’, vertelt Gerba. ‘We voldoen aan het kwaliteitskader en willen dat blijven doen. Vanuit het project Medische Senioriteit zijn er nu vaker medisch specialisten aanwezig. Hun inzet willen we voortzetten en we gaan keuzes maken over het best passende model daarvoor. Verder is ons contact met de huisartsen steeds intensiever geworden. Zij zien hun toestroom ook toenemen. Samen hebben we een plan (manifest) opgesteld voor een spoedplein, waar patiënten altijd direct door de juiste behandelaar gezien worden, eventueel met ruggenspraak met een aanwezige collega. Deze werkwijze maakt het voor patiënten duidelijker, voor de betrokken zorgverleners leuker en we voorkomen dubbel werk. Bovendien zijn we zo beter voorbereid op de verwachte toename van de instroom in de komende jaren.’
Meestal geen sprake van spoed
Stefanie: ‘Het aantal patiënten dat zich via een van onze acute poorten meldt, is de afgelopen jaren fors gegroeid. Deels is die groei verklaarbaar door het toenemende aantal ouderen. Deze mensen hebben vaak meerdere aandoeningen tegelijk (multimorbiditeit), waardoor ze vaker (spoed)zorg nodig hebben. Toch constateren we dat in het overgrote deel van de gevallen geen sprake is van acute zorg, maar van spoedzorg. Deze patiënten hadden prima door een huisarts of op de poli gezien kunnen worden. Met de ontwikkeling van het spoedplein zorgen we voor een betere doorstroom naar andere afdelingen binnen Amphia en naar de huisarts of thuis.’
Huidige situatie en zaken waar we trots op zijn
De samenwerking tussen Amphia en externe zorgprofessionals is de afgelopen jaren steeds hechter geworden. Binnen Annature werken verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen, kraamzorgorganisaties en echocentrum Focus nauw met elkaar samen, waarbij de zorg voor aanstaande ouders en hun baby centraal staat. Bij het Hartcentrum kunnen patiënten uit heel Zuidwest-Nederland 24/7 terecht voor acute harthulp. Verder werken de SEH, de huisartsenpost (HAP) en de regionale huisartsenpraktijken nauw met elkaar samen in de ontwikkeling van het spoedplein. De spoedzorg in Amphia is daarmee waterdicht en daar zijn we trots op.
Vooruitblik en ambitie
De toestroom naar de acute poorten is groot en zal nog verder toenemen door de vergrijzing. Daarom blijven we kijken naar maatregelen om de instroom terug te dringen, en de doorstroom en uitstroom te bevorderen. Samen met onze ketenpartners, zoals de geestelijke gezondheidszorg (ggz), verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) en regionale ambulancevoorziening (RAV), onderzoeken we welke maatregelen effectief zijn. Dolf: ‘Patiënten met hartfalen kunnen we bijvoorbeeld in sommige gevallen ook prima in een anderhalvelijns setting zien. En patiënten met boezemfibrilleren moeten we zeker snel helpen, maar dat kan ook buiten de acute zorg om.’
Schaarse capaciteit slim inzetten
Daarnaast kijken we hoe we onze schaarse capaciteit zo slim mogelijk in kunnen zetten. Jantien: ‘Nu regelen alle verloskundigen nog hun eigen bereikbaarheid. Een centraal punt waar alle telefoontjes binnenkomen kan helpen om hen te ontlasten. Daarmee hebben we ook een beter overzicht en kunnen we beter beoordelen of iets spoed heeft. Zo kunnen we bovendien met minder mensen dezelfde hoeveelheid werk doen. Dit soort maatregelen zijn belangrijk om ervoor te zorgen dat mensen dit werk langer vol te kunnen houden.’
Zorg bij spoed gewaarborgd
Gerba: ‘Met het spoedplein hebben we één frontoffice met zorgprofessionals die ervoor zorgen dat patiënten de juiste zorg op de juiste plek krijgen van de juiste behandelaar. Dat is lang niet altijd in een van onze acute poorten. Doordat we elkaar kennen en goede afspraken maken, kunnen we efficiënter werken. Deze ontwikkeling ligt bovendien in lijn met de landelijke afspraken uit het Integraal Zorgakkoord (IZA). Zo is de zorg voor échte spoedgevallen ook in toekomst gewaarborgd.’